n Flevoland is veel plek voor open ruimte en veel strakke indeling. Flevoland bestaat uit twee delen: de Noordoostpolder en de Flevopolder. De Flevopolder is een soort van eiland dat het vele bruggen, een spoortunnel en een dijk met het land is verbonden. De Flevopolder kan je weer verdelen in Oostelijk Flevoland en Zuidelijk Flevoland. Flevoland ligt ongeveer 5 meter onder de zeespiegel.
De Flevopolder bestaat uit twee delen: Oostelijk Flevoland met de steden Dronten en Lelystad en Zuidelijk Flevoland met Almere en Zeewolde. Twee gemalen, gemaal van Blocq van Kuffeler en Gemaal Wortman waarvan een in elk gebied staat, zorgen voor de waterafvoer in de gebieden. In het Oosten en Westen liggen twee kanalen. De Hoge Vaart en de Lage Vaart. Deze twee kanalen worden door een ander kanaal met elkaar verbonden: de Larservaart. In het midden van de polder scheidt de Knardijk Oostelijk en Zuidelijk Flevoland van elkaar. In de Knardijk bevinden zich ook twee sluizen voor de Hoge en de Lage vaart. Deze heetten: de Hoge Knarsluis en de Lage Knardijksluis. Aan de zuidzijde van Lelystad bevindt zich een bos. Het Hollandse Hout. Ook ligt in het westen van de polder aan het Markermeer ligt het natuurgebied de Oostvaardersplassen. Ten oosten van Lelystad ligt Luchthaven Lelystad.